Nieuws
‘Overheid moet gerechtsdeurwaarders serieus nemen’
11 april 2019‘Overheid moet gerechtsdeurwaarders serieus nemen’
Michaël Brouwer, voorzitter ledenraad KBvG:
Mensen met schulden kunnen binnenkort in één oogopslag gratis een actueel overzicht van hun schulden zien op schuldenwijzer.nl. Ook schuldhulpverlenende instanties en deurwaarders kunnen op termijn inzicht krijgen in de totale schuldsituatie van een schuldenaar. Het nieuwe online platform is een initiatief van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG) en de Stichting Netwerk Gerechtsdeurwaarders (SNG). Michaël Brouwer, voorzitter van de ledenraad van de KBvG, is trots op het initiatief en roept de overheid op om de deurwaarders nu eindelijk eens serieus te nemen. ‘Neem je verantwoordelijkheid, stop met het frustreren van de schuldenaanpak en maak gebruik van onze kennis, ervaring en schat aan informatie.’
Michaël Brouwer, CEO van Syncasso, is op 1 januari 2018 benoemd tot voorzitter van de ledenraad van de KBvG. Sinds zijn aantreden is er veel in beweging in gerechtsdeurwaarderland. En dat is hard nodig, legt Brouwer uit, want de branche verkeert in zwaar weer. ‘Sinds 2015 is er op alle fronten sprake van krimp, zowel in omzet, het aantal kantoren als het aantal deurwaarders. Dat komt door diverse oorzaken. Opdrachtgevers schakelen minder vaak een deurwaarder in voor een gerechtelijke procedure. De nadruk ligt op minnelijke incasso. Ook de beslagmaatregelen zijn ingeperkt, met als gevolg minder executiehandelingen. Dit levert uiteindelijk minder werk op en zet de winstgevendheid onder druk. Ook de bedrijfscontinuïteit is een groot issue.
Jongeren van nu zijn minder geïnteresseerd in een carrière in de deurwaardersbranche en banken staan niet te trappelen om bedrijfsovernames te financieren. Hierdoor is het voor de pensioengerechtigde generatie lastig om een opvolger te vinden. En nog een structureel probleem: de branche is verdeeld. In plaats van gezamenlijk de schouders eronder te zetten, beschuldigen we elkaar en gaan we rollend over straat. We hebben nog geen 700 deurwaarders in ons land, maar die zijn in staat om op de voorpagina van het FD ruzie met elkaar te maken. Ik begrijp daar helemaal niets van, vind het stuitend. Wanneer je aan de toekomst van je beroepsgroep wilt bouwen, lukt dat over het algemeen niet door met iemand anders intern ruzie te maken. Je hoeft je collega’s heus niet leuk te vinden of vrienden te zijn, maar als je elkaar publiekelijk zwart gaat maken, bereik je niets. Kritiek is prima, maar uit dat op de plek waar het hoort: de ledenvergadering van de KBvG of de regiobijeenkomsten. Dan komen we verder.’
Hoe zie jij de toekomst van de gerechtsdeurwaarder?
‘We moeten het ambt opnieuw uitvinden en daar zijn we druk mee aan de slag. In mijn visie, die inmiddels breed binnen de KBvG en de branche wordt gedeeld, is de deurwaarder bij uitstek geschikt als informatieknooppunt bij drie kernactiviteiten: inning, schulddienstverlening en controle van registers en fraudedetectie. Om met de inning te beginnen: daar ligt van oudsher onze expertise. De deurwaarder vervult hiermee een cruciale maatschappelijke rol en dat zal niet veranderen. Er moet wel een fundament komen voor een gezonde en eerlijke tarifering van gerechtsdeurwaarders, zodat de bedrijfscontinuïteit is geborgd en een aantal onethische elementen wordt opgelost. Maar de deurwaarder kan meer dan alleen effectief innen. Wij beschikken over een schat aan informatie uit externe bronnen die we steeds beter kunnen samenvoegen tot een totaalplaatje: waar woon je, welke partner heb je, wat is je gezinssamenstelling, hoeveel toeslagen ontvang je, wat zijn je inkomsten, wat staat er op je bankrekening, wat is je vermogen, enzovoort. Deze informatie gebruiken we nu zelf om doelgericht te innen, maar we kunnen hiermee ook de schuldhulpverlening perfect faciliteren.
Schulddienstverlening bestaat in de kern uit een volledig actueel overzicht van inkomsten, schulden en vorderingen, een effectief instrumentarium om te kunnen innen en door te verwijzen naar schuldhulp. Daar ligt onze kracht en toegevoegde waarde. En dan de derde pijler: heel veel informatie komt uit registers: de Basisregistratie Personen (BRP), Kamer van Koophandel, RDW, mijnpensioenoverzicht.nl, Belastingdienst, en ga zo maar door. Al deze instanties hebben hun eigen database. Maar wie controleert of die gegevens nog kloppen en de virtuele wereld in overeenstemming is met de realiteit? De gerechtsdeurwaarders bezoeken meer dan twee miljoen adressen per jaar en zijn daarmee een mooi controlemechanisme voor de Nederlandse Staat om alle registers up-to-date te houden en fraude te signaleren.’
Wat is in het afgelopen jaar al bereikt?
‘Best veel eigenlijk. Op het gebied van de eerlijke tarifering van gerechtsdeurwaarders hebben we grote stappen gezet. De KBvG heeft de Verordening begrenzing tarieven in behandeling. Hierin staan belangrijke bepalingen die een goede beroepsuitoefening en een gezond verdienmodel bevorderen:
- De gerechtsdeurwaarder moet ten minste een redelijk salaris voor zijn ambtelijke diensten in rekening brengen.
- Het is pas toegestaan om gelden af te dragen aan opdrachtgevers, nadat de out of pocket-kosten en eigen verdiensten zijn betaald.
- Het is niet toegestaan om out of pocket-kosten geheel of gedeeltelijk voor eigen rekening te nemen.
- De gerechtsdeurwaarder sluit geen overeenkomsten die ertoe kunnen leiden dat een derde verdient aan de ambtshandelingen.
De verordening wordt binnenkort voorgelegd aan de ledenraad. Als die akkoord is, is het daarna wachten op de goedkeuring door minister Sander Dekker. Een tweede mijlpaal is de realisatie van schuldenwijzer.nl. Dit online platform biedt schuldenaren een totaaloverzicht van hun schulden bij alle deurwaarders in Nederland. Burgers kunnen door in te loggen met hun DigiD de eigen gegevens inzien en andere partijen zoals schuldhulpverleners toegang geven. In het tweede kwartaal staat de site live en zijn alle loonbeslagen volledig inzichtelijk. De rest van het jaar gaan we alle andere bij gerechtsdeurwaarderkantoren bekend zijnde schulden toevoegen. Ook schuldhulpverleners kunnen dan (onder voorwaarden) inzicht krijgen in de schulden van de cliënt. Deze fase is begin 2020 klaar. Daarna biedt schuldenwijzer.nl ook de mogelijkheid voor het toevoegen van gegevens van andere stakeholders zoals overheidsinstanties en lokale overheden, zodat een daadwerkelijk totaaloverzicht voor burgers, schuldhulpverleners en andere professionele organisaties ontstaat. Het is bijzonder dat we dit vanuit de beroepsgroep op eigen initiatief hebben ontwikkeld en ook helemaal zelf financieren. De deurwaarder krijgt hiermee een centrale positie in de aanpak van de schuldenproblematiek. Niet om het op te lossen, maar door de schuldhulpverlening van alle beschikbare informatie te voorzien zodat zij meteen aan de slag kunnen.’
Tegen welke belemmeringen loop je aan?
‘Belangrijk knelpunt is de funding. We hebben tot nu toe € 1 miljoen geïnvesteerd. Daar moet natuurlijk iets tegenover staan. Het verdienmodel voor de gerechtsdeurwaarder zou hetzelfde moeten zijn als bij de schuldhulpverlening, namelijk dat de overheid jaarlijks een bedrag beschikbaar stelt. De schuldhulpverlening kost meer dan € 100 miljoen per jaar. Ons instrument moet uit die pot met geld worden betaald.
Dat is nog niet geregeld, omdat ministeries en zeker SWZ het raar vinden dat deurwaarders iets met schulden gaan doen. Men is argwanend en denkt vanuit traditionele patronen: de deurwaarder is de boeman die mensen in de schulden helpt. Nu pakken we met schuldenwijzer.nl onze maatschappelijke verantwoordelijkheid en worden we met een scheef oog aangekeken. De rol van de overheid is sowieso frustrerend. Neem het e-courtverhaal. De rechtspraak kost bakken met geld en is nog steeds een papieren winkeltje. We hebben hiervoor bij Syncasso nog een fax staan! Vanuit de markt komt een initiatief dat zo succesvol is dat het de overheid geld kost (minder griffierechten) en vervolgens trekt men aan de handrem en helpt e-court om zeep. Alle investeringen ‘down the drain’. Hetzelfde bestuurlijke onvermogen zien we bij de vereenvoudiging van de beslagvrije voet. De nieuwe wetgeving kan nog steeds niet worden uitgevoerd omdat UWV, Belastingdienst en andere partijen de automatisering niet rond krijgen. Na twee jaar wachten hebben we als KBvG samen met SNG in de zomervakantie een beslagvrijevoetmodule gebouwd en aan het ministerie gepresenteerd. De reactie: nul op het rekest. Ondertussen roept de overheid dat mensen met schulden beschermd moeten worden.
Iedereen weet dat in de oude regeling bijna 80% een te lage beslagvrije voet heeft en hierdoor onder het bestaansminimum komt. Er is een wet die dit oplost en de techniek is beschikbaar. En toch doet men het niet. Dit is een structureel probleem. De overheid neemt niet de verantwoordelijkheid om dingen goed te regelen, de Belastingdienst is de grote joker die nergens aan mee hoeft te doen en er wordt niet geaccepteerd dat je ook met deeloplossingen kunt werken. Wanneer je de gerechtsdeurwaarders civielrechtelijk met de ontwikkelde rekenmodule de nieuwe beslagvrije voet laat toepassen, heb je je armoededoelstelling behaald. Laat de fiscus dan in een later stadium aanhaken, maar ga niet met z’n allen zitten wachten! Een ander treffend voorbeeld is het digitaal beslagregister. De deurwaarders hebben dit in 2016 binnen de planning en binnen het budget gebouwd. Het moet worden uitgebreid met onder meer de gegevens van de Belastingdienst, maar dat duurt langer dan 2021. Ondertussen ontwikkelen wij steeds verder door, zonder subsidie. Misschien zijn we een klein clubje in Nederland, maar we zijn wel donders effectief. Het wordt hoog tijd dat de overheid dit inziet en ons als deskundige en constructieve gesprekspartner serieus neemt.’
Ombudsman Reinier van Zutphen haalt in zijn onlangs gepubliceerde rapport Behoorlijk invorderen vanuit het burgerperspectief ook scherp uit naar de overheid. Hij roept overheidsinstanties op om behoorlijk in te vorderen, oftewel met oog voor de positie en het belang van mensen met schulden. Hij introduceert daarvoor een ‘behoorlijkheidskader’. Hoe kijk jij hier tegenaan?
‘De kritiek op het invorderingsbeleid van de overheid is terecht, maar helaas niet nieuw. In 2013 publiceerde de ombudsman het rapport In het krijt bij de overheid met grotendeels dezelfde conclusies. Er is in de afgelopen vijf jaar nog weinig terechtgekomen van zijn aanbevelingen. Het inzicht dat een debiteur maar één betaalcapaciteit heeft, is de basis voor de Clustering Rijks Incasso. Daarmee is een start gemaakt, maar bijvoorbeeld de Belastingdienst is er nog niet bij betrokken. Ook de heffingen van alle lokale overheden zijn nog buiten beeld. Met respect voor het behoorlijkheidskader: als je van elkaar niet weet dat je tegelijkertijd op dezelfde debiteur incasseert, gaat behoorlijkheid onvoldoende helpen om diens bestaansminimum te garanderen. De behoorlijkheid van overheidsincasso blijft daardoor afhankelijk van de zelfredzaamheid van de debiteur. De vereenvoudiging van de beslagvrije voet en de verbreding van het digitaal beslagregister waren bedoeld om dat probleem op te lossen. Maar zoals gezegd kunnen UWV en de Belastingdienst dat niet voor 2021 automatiseren.’
Staatssecretarissen Van Ark (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en Snel (Financiën) hebben spoedmaatregelen aangekondigd om Nederlanders met grote schulden te helpen. Gaat dit helpen?
‘De Kamerbrief van beide staatssecretarissen komt erop neer dat de toegezegde Vereenvoudiging beslagvrije voet en Verbreding van het digitaal beslagregister twee jaar vertraging oplopen. Als ‘tussenmaatregelen’ wordt toegezegd dat de beslagvrije voet ‘actief’ gehanteerd zal worden, voorafgaand aan de ‘automatische incasso’ van maximaal € 500 van de bankrekening van de belastingschuldige. Voor de duidelijkheid, een incassomiddel dat is voorbehouden aan de overheid en een belangrijke aanleiding vormde voor het rapport van de ombudsman In het krijt bij de overheid. Door ongecoördineerd gebruik daarvan worden schuldenaren in grote financiële problemen gebracht. Dat de Belastingdienst daar nu zorgvuldiger mee om zal gaan, werd hoog tijd. Overigens blijft de overheid als geheel, en ook de Belastingdienst, dat incassoprivilege (vereenvoudigd derdenbeslag) gewoon behouden. Niet alleen ten koste van de schuldenaren, maar ook van alle andere schuldeisers. Voor de dwangverrekening van toeslagen geldt hetzelfde. Oppassen dat de schuldenaar niet onder de beslagvrije voet terechtkomt, maar als dat niet het geval lijkt te zijn, vindt die dwangverrekening alsnog telkens plaats. Het betalingsprobleem wordt hierdoor verlegd naar de openstaande rekening voor de huur of de zorgverzekering. De uitvoerbaarheid wordt nog onderzocht. Ik heb er eerlijk gezegd niet zo heel veel vertrouwen in.’
Bron: De Credit Manager