Nieuws

“Er moeten sturende kwaliteitsnormen komen voor alle uitvoerende partijen”

15 juni 2023

 

Vorig jaar organiseerden we voor het eerst samen met opleidingsinstituut Kerckebosch het Jaarcongres Schuldenketen. Een diverse verzameling van (wetenschappelijke) experts deelden tijdens dit congres hun visie over een integrale schulddienstverleningsketen waarin invordering en schuldhulpverlening elkaar aanvullen en versterken om schulden op te lossen en problematische schulden te voorkomen.

Dit jaar organiseren we hier samen met Kerckebosch een vervolg op. Op donderdag 22 juni geven verschillende (wetenschappelijke) experts hun visie op ‘Inzicht in gedrag & Doorontwikkelen van de schuldenketen’. In dit artikel kijken we terug naar vorig jaar en vragen we de sprekers van toen, te reageren op stellingen van hun collega-sprekers. Deze keer reageren Pieter Jansen en Manda Broekhuis op de stelling van Nadja Jungmann, hoogleraar en lector Schuldenproblematiek aan respectievelijk de Universiteit van Amsterdam en de Hogeschool Utrecht.

Stelling IV – Nadja Jungmann
“Er moeten sturende kwaliteitsnormen komen voor alle uitvoerende partijen (in de schulddienstverleningsketen).”
Pieter Jansen

Mee eens – die normen moeten er komen voor alle ketenpartners. Prestatiemeting en bekostiging van zuiver collectieve goederen is een klassiek vraagstuk in de openbare financiën. De helft van Nederland woont achter dijken. De bekostiging is dus per definitie collectief, dat moet je samendoen. Maar wat is daarvan de maatschappelijke bate? Hoe bereken je voor belastingplichtigen de bijdrage per individu? Idem voor de krijgsmacht. Dat geldt voor alle zuiver collectieve goederen. Schuldhulpverlening is weliswaar niet helemaal collectief – maar de baten zijn groter dan alleen voor het gezin dat geholpen wordt. Ook ons zorgsysteem, werkgevers, hogere arbeidsparticipatie en hogere productiviteit profiteren daarvan.

Manda Broekhuis

Als wordt bedoeld dat voor alle partijen dezelfde prikkels worden afgesproken waarop ze worden ‘afgerekend’, mee eens. Maar ik heb ook gezien hoe ingewikkeld dat kan zijn – goede kwaliteitseisen vinden waar mensen ook verantwoordelijk voor kunnen zijn. En ook over de middelen beschikken om de normen te halen. Hoe zorg je voor afbakening waar iemand verantwoordelijk voor is? Van welke processen kunnen we kosten en waarde berekenen?

Leer van andere sectoren als je daar gebruik van wilt maken. Het doet denken aan een uitgangspunt dat in de zorg wordt gehanteerd: Value Based Healthcare. Dat heeft ervoor gezorgd dat we kritisch kunnen kijken naar verschillende trajecten en redelijk objectieve vergelijkingen tussen ziekenhuizen kunnen maken op basis van betere of slechtere scores. Op een gegeven moment gaat dan een lagere geleverde waarde ook het budget raken.

André Moerman

Helemaal mee eens. Ketenpartners moeten aan kwaliteitsnormen voldoen. Daarbij helpen passende prijsprikkels. Een goed voorbeeld zijn de Amsterdamse Madi’s (maatschappelijke dienstverleners) die betaald worden voor wie ze in het schuldhulptraject krijgen. Een interessante kwaliteitsnorm voor gerechtsdeurwaarders is de mate waarin minnelijk wordt geïncasseerd en voor bewindvoerders de mate waarin aan zelfredzaamheid van hun cliënten wordt gewerkt.

Je mag verwachten dat dat inzichtelijk gemaakt wordt en vervolgens gaat betalen voor resultaat. Welke resultaten je wilt meten is minder simpel. Hoe meet je stabiliteit? Minder stress, waardoor iemand beter gaat functioneren? Wel hard meetbaar zijn factoren zoals bereik, intake en uitstroom.

Schrijf u in voor het komende congres op 22 juni aanstaande

Op donderdag 22 juni is het volgende Jaarcongres Schuldenketen. Meer informatie hierover kunt u vinden op www.schuldenketencongres.nl. Daar kunt u zich ook online inschrijven om deel te nemen.

Jaarcongres Schuldenketen

In het volgende artikel wordt de stelling van prof. dr. Manda Broekhuis – Tegenstrijdige prikkels belemmeren de algehele ketenprestatie van de schulddienstverleningsketen – besproken. U kunt alle artikelen in deze reeks in ons nieuwsarchief terugvinden.

Feedback